meer natuur in Noordoost Friesland
313 t/m 336 van 1001 resultaten
-
Faunaland Numan
Faunaland Numan
Kollum
-
Schapenhouderij Klaaske de Groot
Schapenhouderij Klaaske de Groot
Ternaard
-
Jacobuskerk Zeerijp
Jacobuskerk Zeerijp
Zeerijp
-
De Artuin
De Artuin
Oudwoude
-
Aventoer Indoor en Outdoor Park
Aventoer Indoor en Outdoor Park
Burgum
-
Restaurant It Posthûs
Restaurant It Posthûs
Burdaard
-
Hotel de ABDIJ Dokkum
Hotel de ABDIJ Dokkum
Dokkum
-
Achterweg
Achterweg
Jistrum
-
Zeilcharter Willem Jacob
Zeilcharter Willem Jacob
Groningen
-
Elfstedentocht beeld Aukje in Leeuwarden
Elfstedentocht beeld Aukje in Leeuwarden
Leeuwarden
-
Fusillade aan de Woudweg
Fusillade aan de Woudweg
De fusillade in Dokkum is de grootste fusillade geweest tijdens de Tweede Wereldoorlog in Friesland. Een bloedig dieptepunt in de steeds hardere strijd tussen de Duitse bezetter en het verzet.
Het gaat om een wraakactie: drie dagen eerder overvalt het verzet bij het dorp De Valom een auto van de Sicherheitsdienst (SD) met daarin een belangrijke gevangene, in de hoop deze te bevrijden. Bij het vuurgevecht dat ontstaat komen een Duitse SD-er en zijn Belgische chauffeur om het leven.
Artur Albrecht, SD-chef in Friesland, is furieus en wil volgens een getuige Dokkum 'van de kaart van Nederland laten verdwijnen'. Zijn meerderen van de SD-Dienststelle in Groningen geven hem hier echter geen toestemming voor. In plaats daarvan worden twintig gevangenen uit gevangenissen in Friesland en Groningen gehaald en meegenomen naar een weiland aan de Woudweg in Dokkum.
De burgemeester van de stad is zelfs van huis gehaald om toe te kijken. De mannen moeten op een rij gaan liggen in de sneeuw. In groepjes van vijf worden ze naar voren geroepen. Dan klinken er schoten. De lichamen van de slachtoffers moeten een etmaal blijven liggen in de sneeuw, als afschrikwekkend voorbeeld voor de bevolking. De slachtoffers zijn Friezen en Groningers. Sommigen zijn actief in het verzet, anderen zijn Todeskandidaten.
Aan de Woudweg in Dokkum herinnert een monument aan het drama. Jaarlijks is er bij dit monument een kranslegging waarbij leerlingen van scholen in Dokkum worden betrokken.
Verschillende leden van het vuurpeloton worden na de oorlog berecht voor hun betrokkenheid bij de fusillade en krijgen de doodstraf. Zo ook Artur Albrecht. Hij wordt op 21 maart 1952 gefusilleerd op de Waalsdorpervlakte. Het is het laatste doodvonnis dat in Nederland wordt voltrokken.
Dokkum op de Dam
Enkele jaren later, op 4 mei 1956, onthult koningin Juliana het Nationaal Monument op de Dam in Amsterdam. Het monument speelt een centrale rol bij de jaarlijkse Nationale Dodenherdenking op 4 mei die ook altijd wordt bijgewoond door het staatshoofd.
In het monument zijn elf urnen opgenomen met daarin ‘in bloed gedrenkte aarde’. Aarde afkomstig van van strijd- en fusilladeplaatsen uit de elf provincies. Later is ook een 12e urn met aarde uit Nederlands-Indië (het huidige Indonesië) toegevoegd.
Voor het vullen van de Friese urn is aarde gehaald uit de omgeving van Kornwerderzand, strijdtoneel in de meidagen van 1940. Ook is aarde gehaald van fusilladeplaatsen, waaronder de Woudweg in Dokkum en Dronrijp waar op 11 april 1945, een paar dagen voor de bevrijding nog dertien mensen zijn gefusilleerd.
Dokkum
-
-
Groot Veldlust
Groot Veldlust
Noardburgum
-
Elfstedentocht beeld Aukje in Stavoren
Elfstedentocht beeld Aukje in Stavoren
Stavoren
-
Alde Feanen - Reid om 'e Krite - Vogelkijkhut
Alde Feanen - Reid om 'e Krite - Vogelkijkhut
Garyp
-
Gedenksteen voor Gesneuvelde Canadezen
Gedenksteen voor Gesneuvelde Canadezen
De ‘Gedenksteen voor Gesneuvelde Canadezen’ in de buitenmuur van de Martinikerk in Sneek is opgericht ter nagedachtenis aan de zes Canadese militairen die kort na de bevrijding van de stad zijn gesneuveld. De namen van de zes slachtoffers luiden: A. Cockburn, W.L. Jackson, G.W. Ouderkirk, H.H. Pennell, Fr.R. Shepherd en S.W. White. De militairen maakten deel uit van The Queen’s Own Rifles of Canada. Zij sneuvelden op 15 en 16 april 1945 tijdens krijgshandelingen in de omgeving van het dorp Wons, bij de Afsluitdijk. Op 17 april 1945 zijn de gesneuvelde militairen begraven op de Algemene begraafplaats te Sneek en op 25 maart 1946 herbegraven op het Canadese ereveld te Holten.
Op 16 april 1945 waren grote delen van Friesland bevrijd. In het westen en zuidwesten van de provincie was het zover nog niet. Enkele duizenden Duitse soldaten hadden zich verzameld in de Friese havenplaatsen en rond de Afsluitdijk. Zij probeerden nog de oversteek te maken naar Noord-Holland dat nog stevig in Duitse handen was.
De Canadezen wilden voorkomen dat de Duitsers zich in Noord-Holland verder versterkten. Mede daarom zetten zij vanaf 16 april de aanval in op de Kop van de Afsluitdijk. De infanterie van Queens Own Rifles of Canada was één van de eenheden die hierbij betrokken was. Op 16 april vertrokken zij vanuit Bolsward in de richting van de Afsluitdijk, ondersteund door tanks van de Sherbrooke Fusiliers.
In het open Friese landschap waren de Canadezen op de weg erg zichtbaar en dus kwetsbaar. Vlak voor een brug bij Hayum openden de Duitsers het vuur. De Canadees Orville Cook zat in één van de voorste voertuigen. Over wat er daarna gebeurde schreef hij het volgende:
"Ik zat eerst rechts, maar kwam later in het linker compartiment van onze carrier. Dat was mijn geluk. Bij de strijd met de Duitsers die volgde, was ik de enige die niet geraakt werd. Ze lieten ons ver komen en schoten drie keer raak. Er kwam rook uit het rechter compartiment van mijn carrier. Ik sprong eruit en ben naar de andere kant gerend om de sergeant eruit te halen en hoe ik dat voor elkaar kreeg, weet ik niet meer. Ik legde hem op de weg. De bestuurder was de volgende die ik eruit haalde en op de weg neerlegde. Ik heb ze beiden morfine toegediend en gaf ze een sigaret.
De sergeant zei: ga terug en vertel de A compagnie waar het vuur is en 'make sure they get those jerry (Duitse) bastards for this one'. De soldaten in de voorste carrier waren op slag dood.”
De Duitsers hadden aan de westkant van de brug verschillende stukken luchtafweergeschut verdekt opgesteld. De licht gepantserde carriers waren niet opgewassen tegen de 20 mm. en 40 mm. granaten. In het voorste voertuig sneuvelden Alexander Cockburn, Walter Leslie Jackson, Gordon William Ouderkirk, Harry Horace Pennell en Walter Samuel White. Verder vielen er aan Canadese kant ook meerdere gewonden waaronder de mannen in het voertuig van Orville Cook.Vrijwel direct nadat duidelijk was waar het Duitse geschut stond opgesteld rekenden de Queens of Own Rifles samen met enkele tanks van de Sherbrooke Fusiliers alsnog af met de Duitse weerstand. De resterende verdedigers gaven zich uiteindelijk over.
De gevechten bij Wons en Pingjum zouden de laatste plek zijn waar soldaten van de Queens Own Rifles of Canada sneuvelden. Het was daarom de expliciete wens van de veteranen om in Wons hun monument te plaatsen. Op deze Honour Roll staan de namen van hun kameraden die vanaf D-Day tot de bevrijding het leven lieten.
Sneek
-
-
Alde Feanen - Earnesleat - Vogelkijkhut
Alde Feanen - Earnesleat - Vogelkijkhut
Earnewâld
-
Swarte Broek
Swarte Broek
Readtsjerk
-
To B or not to B
To B or not to B
Easternijtsjerk
-
Meester Jakob Klok in verzet
Meester Jakob Klok in verzet
Jakob (Jaap) Klok belandt in de oorlog in het verzet in Dantumadeel, waar hij een belangrijke rol speelt. Hij woont dan met zijn vrouw en vier kinderen in Akkerwoude, waar hij hoofd van de school is aan de Hearewei 13. Hij zal er tot 1947 blijven en er in de herinnering voortleven als ‘meester Klok'.
Jaap Klok is maatschappelijk betrokken en actief in de politiek als lid van de Sociaal Democratische Arbeiderspartij (SDAP). Als partijbijeenkomsten door de Duitse bezetter verboden worden, raakt Jaap bijna ongemerkt steeds meer betrokken bij verzetsactiviteiten. Hij geeft partij-informatie door, verspreidt illegale krantjes en zoekt adressen voor onderduikers. Jaap Klok sluit zich aan bij de LO, de 'Landelijke Organisatie voor hulp aan onderduikers' en wordt de dorpscommandant van Akkerwoude.
Hoewel de mensen niet precies weten wat hij allemaal doet, raakt wel bekend dat hij in het verzet zit. Ondanks het feit dat zijn naam wordt genoemd door NSB’ers besluit hij niet onder te duiken, maar probeert nog voorzichtiger te zijn en vaker niet dan wel thuis te slapen.
Als de oorlog op zijn einde loopt, wordt het voor Jaap heel druk. De Nederlandse overheid in ballingschap roept het spoorwegpersoneel op om in staking te gaan. Het verzet regelt de onderduik. Op 15 december 1944 wordt er in zijn school een groep van zo'n zestig vluchtelingen uit Arnhem opgevangen. Jaap is zijdelings betrokken bij de evacuatiecommissie, die adressen zoekt voor de onfortuinlijke Arnhemmers.
Kort daarna wordt hij bij het schoolhuis gewaarschuwd dat er bij een razzia in Murmerwoude heel nadrukkelijk naar schoolmeester Klok wordt gevraagd. Jaap aarzelt niet en vlucht snel het huis uit. Dat is niks te vroeg, want tien minuten na zijn vertrek staan de Duitsers al op de stoep. Vanaf dat moment weet Jaap dat hij heel voorzichtig moet zijn. Hij slaapt nu vrijwel nooit meer thuis.
Vanaf januari 1945 wordt de situatie ronduit explosief Na ontdekking van wapens op een boerderij in Aalsum worden de Duitsers fanatiek. Ze jagen meedogenloos op verzetslieden en wie ze te pakken krijgen proberen ze op allerlei manieren te laten praten. Ook de naam Jaap Klok wordt genoemd bij de verhoren. Reden om nu echt te vertrekken, met zijn hele gezin. De kinderen verblijven bij familieleden. Met zijn vrouw duikt hij elders onder.
Jaap heeft het in de laatste oorlogsweken heel druk. Er moet binnen het verzet veel georganiseerd en overlegd worden om de Duitsers te verjagen en de komst van de Canadezen voor te bereiden. Vlak voor Dantumadeel wordt bevrijd, zijn de inwoners al in alle staten van blijdschap. Ze steken de vlag uit en gaan massaal de straat op om feest te vieren. Door zijn verzetswerk weet Jaap precies hoe het met de bevrijding staat. Hij klimt op het balkon van het gemeentehuis en spreekt de mensen toe. Het gevaar is namelijk nog niet geweken. Ook als dat kort daarna wel zo is, zorgt hij ervoor de rust onder de bevolking van Dantumadeel te bewaren en zo de molestatie van een aantal NSB’ers te voorkomen.
Na de oorlog bekleedt hij in Friesland vele bestuurlijke functies. Jaap Klok overlijdt in 1984 op 91-jarige leeftijd. Als eerbetoon wordt van hem vijftien jaar later in Akkerwoude, dat dan Damwoude heet, een standbeeld opgericht.
Uit het boek ‘De oorlog een gezicht gegeven’ (deel 6) – Dantumadeel in de periode '40 - '45 van Yvonne te Nijenhuis en Reinder H. Postma
Damwald
-
-
De 4 Elementen
De 4 Elementen
Stroobos
-
Greenjoy It Bûtefjild
Greenjoy It Bûtefjild
Feanwâlden
-
Greenjoy Dokkum
Greenjoy Dokkum
Dokkum
-
Boeddhistisch Centrum Hantum
Boeddhistisch Centrum Hantum
Hantum
-
Rottige Meente - Lindedijk - Vogelkijkhut
Rottige Meente - Lindedijk - Vogelkijkhut
Nijetrijne